Big trees and a rattle snake

Maandag. Het wordt vandaag weer veertig graden dus we gaan de bergen in voor verkoeling. 's Ochtends is het nog koel en zitten we in de tuin de digitale Volkskrant te lezen. In het gras hippen Blue Jays (Blauwe gaaien?).

Als het warm wordt breken we op en rijden in een half uur naar Sutter Creek. Daar zou nog een goudmijn zijn waar rondleidingen worden gehouden (the mother lode van de goudader) maar we kunnen het niet vinden. Navraag bij een ijs/ koffie shop leert dat men weer echt goud is gaan delven. En daar kunnen ze geen pottenkijkers bij gebruiken.
Dus geen rondleiding en dan maar weer de bergen in. Na 1,5 uur rijden bereiken we het Big Trees national park. De naam is terecht. Er staan flink wat van die Amerikaane mammoetbomen (Sequoia en Redwood). Het is hier koeler, maar nog steeds warm. Na een uitgebreide wandeling gaan we aan hetr strandje bij een rivierkreek zitten. Het ziet er weer paradijselijk uit!

Er is een half dozijn kinderen van kleuter tot late puber in en aan het ondiepe water aan het spelen. Het blijken de (stief-)kinderen van een relatief jonge man uit de buurt van Sacramento te zijn die daar met zijn kinderschaar kampeert. Die oudste vrouw (zus, moeder?) ziet ineens een ratelslang van een halve meter die over het strand schuifelt. Consternatie alom: een beet van die slang is dodelijk voor de kinderen. Gelukkig wordt het plan om de slang te doden niet uitgevoerd. De slang wordt het struikgewas ingejaagd/geleid.
Toch maar weer een gevaarlijk wild dier gespot!

's Avonds in San Andreas krijgen we taart in ons B&B om de verjaardag van de gastheer, Bill, te vieren.